Diario de jeroenmulder

Routekaartje

10.11u Appeltak
'De vlinder is vaak relatief bleek smaragdgroen, maar kan ook zilverwit zijn. De dunne, roodachtig omlijnde voorvleugels zijn voorzien van twee lichte, dunne dwarsstrepen, waarvan alleen de onderste doorloopt op de achtervleugels.Mannetjes zijn te herkennen aan gekamde antennes.
De rups eet bladeren van verschillende loofbomen en struiken.'

15.47u Moerasandoorn
Vooral in de oeverzone langs rivieren, rivierarmen, plassen en meren, maar ook in lichtbeschaduwde beekbegeleidende oevervegetatie en in moerassige vegetaties vind je in de volle zomer de bloeiende Moerasandoorn, Stachys palustris. De tamelijk hoog wordende planten met een kaarsvormige bloeiwijze met roze lipbloemen valt dan op tussen de zeggen en andere grote kruiden.

15.49u Rosse Sprinkhaan (Bijzondere waarneming voor Overijssel?)
De rosse sprinkhaan (Gomphocerippus rufus) is een insect uit de familie van de veldsprinkhanen (Acrididae), orde rechtvleugeligen (Orthoptera).
Het dier wordt 14 tot 24 millimeter lang (mannetjes 14-16 millimeter, vrouwtjes 22-24 millimeter). Opvallend zijn de zwarte platte knotsvormige antennes met wit uiteinde. De soort kan van juli tot november worden aangetroffen. De habitat bestaat uit kalkgrasland en bosranden. De soort komt verspreid over het Palearctisch gebied voor, in Nederland en België is hij zeldzaam. In Nederland bevindt zich een stabiele populatie nabij Schin op Geul, in België komt de soort voor in de Ardennen en Vlaams-Brabant.
(Bron:wikipedia)

15.50u Bruine Sprinkhaan
De kleur is overwegend bruin maar kan soms ook groen zijn. Het lichaam is relatief sterk gevlekt. Het halsschild is lichter van kleur, de zijkielen zijn wit en zijn naar elkaar toe geknikt. De bruine sprinkhaan is langgevleugeld, de vleugels hebben een chorthippuslobje en reiken bij beide seksen tot voorbij de achterlijfspunt. De achterlijfspunt is meestal rood gekleurd, zowel bij de mannetjes als de vrouwtjes. Mannetjes bereiken een lengte van 12 tot 17 millimeter, de vrouwtjes zijn 18 tot 25 mm lang.
De bruine sprinkhaan is in vrijwel heel Europa algemeen en komt overal in België en Nederland voor. De habitat bestaat uit verschillende begroeide omgevingen van wegbermen in de stad tot open plekken in het bos en graslanden. Er is niet echt een voorkeur, wat waarschijnlijk het grote verspreidingsgebied verklaart.
(Bron:wikipedia)

15.53u Waterleliemot
De wijdverspreide Waterleliemot hoort tot de schemer- en nachtdieren. Overdag rust hij op rietbladeren of kruidachtige planten in de buurt van stilstaand water (vijvers, grachten, vijvers). Vrouwtjes leggen hun eieren op de onderkant van de bladeren van Drijvend fonteinkruid of waterlelies. De ingewikkelde tekening van de vleugels lijkt op die van de Egelskopmot
De rups voedt zich met Drijvend fonteinkruid (Potamogeton), Veenwortel (Polygonum amphibium), waterlelies (Nymphaea), Egelskop (Sparganium) en Eendenkroos (Lemna).

15.56u Gele Rozebladwesp
De Gele Rozebladwesp (Arge ochropus) is geel met een zwarte bovenkant van de borst en zwarte vleugelranden. De poten zijn geel en aan de onderkant geel-zwart geblokt. De larven zijn vooral op rozen te vinden.Het mannetje van de Gele Rozebladwesp heeft een soort franje aan de antennen. Vrouwtjes hebben dat niet.
(Bron:wikipedia)

16.01u Dwergmuis, nestje
Het nest is ongeveer 4 cm in doorsnee en wordt gemaakt van in elkaar geweven grassprieten. Deze grassprieten worden dun gerafeld en blijven aan de stengels vastzitten, waardoor ze lang groen blijven en daardoor is het nest goed gecamoufleerd in de vegetatie.De slaapnesten zijn minder stevig gebouwd dan de kraamnesten. De dwergmuis maakt ook wel eens vrijstaande of hangende nesten in bomen. Het nest waarin de jongen worden geboren, wordt gezamenlijk door het mannetje en vrouwtje gemaakt. Het is steviger dan het gewone nest. Ze splijten grassen met hun snijtanden, waarbij het gras aan de stengel blijft. Daarna weven ze stukken aaneen, waardoor een rond frame ontstaat met een diameter van 6-10 cm. Ze steken andere grassen door de rand en bekleden het nest vervolgens met lagen zacht gekauwd gras of pluizig materiaal. Deze nesten hangen ongeveer 60-100 cm boven de grond en hebben meestal geen duidelijke ingang. Het nest is zo elastisch dat het met het groeien van de jongen kan uitdijen.
(bron:zoogdiervereniging.nl)

kaartje volgt nog...

ROUTE:

Route:

Maartse Vlieg

De Maartse Vlieg (Biblio marci)

Smaragdlangsprietmot

De Smaragdlangsprietmot (Adela reaumurella)

Route: